moedeloos
het tocht
en zo was de koe
klaar om te ontvangen
o
troosteloos
moederdier
de scheiding
nog harder dan de scheur in het vel
de knip in het koord
met de breuk vervluchtigt de vreugde
want de zijde blijft leeg
het gras onder je voeten vandaan
als drijfzand glijd je weg
en alles blijkt ontkoppeld te zijn
ontgoocheld en de vliegen ruiken het
geen teken van leven
alleen maar rouw
in vergetelheid rakende
en rennen heeft geen zin
vernevel de waarheid
aanvaard de afleiding
te nauw aan het hart voor hartenzeer
en in beweging blijven werkt tegen het wegzakken
en dan plots
al zoekende naar je kind
kom je dichterbij
naar me toe
maar ik niet de enige
met elke ontmoeting is haar kalf verloren
je wendt je weer af
want wat je dacht te vinden
is foetsie
in haar hoofd
een vliezig beeld
en in haar maag heeft zij bewaard
aandenkens aan haar kroost
de eigen wonden likkende
om haar heen
een vliegenwolk
dartel zoals haar kalfjes zouden doen
vul op
een gaping een kloof het gemis
en het vliegenvolk
drinkt op de tranen
sneller dan de wimpers
geen zout op de wangen
laat haar verdriet vervliegen
in damp opgaan de schijn
en haarzelf in de waan verdwijnen
een melkbrief aan het kalfje